10 tips zodat jouw peuter lekker doorslaapt

10 tips zodat jouw peuter lekker doorslaapt

peuter-slapen-gaan-slaapritueel-doorslapen

’s Avonds je peuter naar bed brengen is vaak een hele onderneming en al helemaal om hem of haar ’s nachts door te laten slapen. Veel peuters slapen onrustig, zijn bang in het donker of hebben moeite om door te slapen. Met onze doorslaaptips weet jij gelukkig wel raad en slaapt je kindje de hele nacht door!

Tips voor het doorslapen van je peuter

1. Houd vast aan de drie R’s

Rustig, regelmaat en reinheid, ze blijven je als ouder achtervolgen. Een rustige nacht begint dan ook bij een rustige dag met een vast dagritme. Hoe meer spanning en strijd overdag, hoe meer onrust en problemen dit ’s nachts zal geven. Zorg dus voor regelmaat en geef je kind houvast met standaard speel- en rustmomenten die je inlast. Hier lees je hoeveel uur een peuter gemiddeld hoort te slapen.

2. Bedenk een vast slaapritueel

Veel peuters hebben moeite om te accepteren dat de dag is afgelopen en dat het tijd is om te gaan slapen. Een terugkerend ritueel voor het slapengaan helpt hierbij. Het maakt dingen voor hen voorspelbaar en dat geeft een gevoel van rust. Bouw de drukte af, leg alvast wat speelgoed weg, laat je kind zijn knuffel meenemen naar boven, en lees hem een verhaaltje voor. Ook een slaapliedje kan peuters helpen om rustig te worden. De herhaling van het ritueel maakt hun beleving veilig en begrijpelijk.

3. Maak het niet muisstil

Blijf niet wachten tot je peuter gaat slapen, maar leer hem dat hij zelf alleen in slaap kan vallen. Dus sluit het slaapritueel af en zeg je kindje welterusten als hij nog wakker is. Daarnaast hoeft het niet muisstil te zijn op de gang. Bekende geluiden op de achtergrond geeft kinderen een stukje herkenning. Jouw stem of geneurie op de gang herkent je kindje als geen ander en dit geeft een gevoel van troost en geruststelling.

4. Kies eventueel voor een nachtlampje

Soms zijn kinderen angstig om naar bed te gaan. Is je peuter bang in het donker? Een bedlampje biedt uitkomst. Hierdoor heeft hij niet meer het gevoel dat het pikkedonker is of niks kan zien en kan hij rustig slapengaan.

5. Stel je kindje gerust

Peuters slapen vaak onrustig omdat ze midden in een ontwikkelingsfase zitten. Ze verwerken ’s nachts alle gebeurtenissen van overdag. Roept je peuter jou ’s avonds of ’s nachts om hulp? Of wordt hij in tranen wakker? Ga naar je kindje toe en stel hem kort gerust. Haal hem niet uit bed en breng hem geen glaasje water, maar gebruik een troostzinnetje en laat hem daarna weer slapen. Troost hem, gebruik een zachte en lieve stem maar vertel hem daarna dat hij weer rustig verder moet slapen. Praat je meer of blijf je hele tijd bij je peuter zitten tot hij in slaap valt, dan werkt het averechts en beloon je het huilen of roepen van je peuter met extra aandacht.

6. Wees duidelijk

Geef leiding aan het gedrag van je kind. Je peuter moet weten wat wel en niet kan, anders wordt hij onzeker of gaat hij dingen uitproberen. Weinig vertrouwen kan een reden zijn waardoor je peuter niet goed doorslaapt. Vertrouwen staat ook voor grenzen stellen. Wees duidelijk zodat je peuter weet wat hij kan verwachten.

7. Gebruik de kinderkamer niet voor straf

Wanneer je kindje straf krijgt, zet hem dan bijvoorbeeld even op de gang en niet in de slaapkamer. Gebruik de slaapkamer dus niet om je peuter naartoe te sturen als hij stout is geweest. Anders gaat je kindje die ruimte in verband brengen met vervelende momenten en dit roept negatieve emoties op.

8. Speel kiekeboe met je peuter

Door een spel als kiekeboe te spelen met je peuter leert hij of zij dat als iets verdwenen lijkt er toch nog steeds is. Met andere woorden; als je peuter jou niet ziet, ben je er toch nog. Dat begrip is erg belangrijk om de nacht door te komen zonder jou.

9. Neem de dag door

Neem voordat je een verhaaltje voorleest en je kindje gaat slapen samen nog even de dag door. Dat hoeft niet langdradig maar kan ook in een paar korte zinnen. Vooral als er spannende dingen zijn gebeurd is het goed om hier samen nog even over te praten. Op die manier kan je peuter hierover nadenken en verwerkt hij de gebeurtenissen beter tijdens het slapen.

10. Beloon je kindje als hij doorslaapt

Beloon je peuter als hij een nacht doorslaapt en als dingen goed gaan. Dit kan heel simpel, bijvoorbeeld door het ’s ochtends alleen al te benoemen, een leuk knuffeltje te geven of de volgende dag samen iets leuks te gaan doen. En zit het een keer tegen? Negeer het dan en leg er niet direct de focus op. Word niet boos op je kindje als hij tijdelijk slaapproblemen heeft, dit kan door je kindje als beangstigend worden ervaren. Angst is ook een van de oorzaken waardoor een kind slaapproblemen kan krijgen. Dus dit zal niet bijdragen aan de oplossing. Houden de slaapproblemen aan? Ga dan naar de huisarts of vraag om psychologische hulp.

Vorig artikel
Volgend artikel